De hond en ik
Er zit een hond bij de buren
En die blaft naar mij
Eigenlijk is het praten op zijn honds
Want als ik naar hem toe ga en luister
Dan kijkt hij met zijn droeve hondenogen
Vertederend naar mij
Omdat ik naar hem luisteren wil
En dan blaf ik op mijn eigen onnavolgbare wijze
Naar hem terug
En zo komen wij, hij op zijn honds
En ik op mijn menses wijze
Tot een conversatie
En we begrijpen elkaar
Of dat denk ik toch
De hond en ik
Want hij is alleen, en ik
Evenzo
Wat kan geluk toch soms zo eenvoudig zijn
De hond en ik
Die elkaar begrijpen
Hugo
Auteur:
Hugo Verhaege