Skip to main content

Het gedicht

Hugo Verhaege

Kerstmis, steeds weer opnieuw


De schouders diep gebogen

schrijden wij

langs tot graniet bevroren aarde

en leeggeoogste akkers.

Kaalgetakte bomen grijnzen ons toe

in het door duister omgeven land

van Koning Winter.

Kortstondig heerst de dood

over ’t voorbije leven,

tot de poolster  in een heldere sterrenhemel

door de nacht van de schepping, 

de nieuwe geboorte

verkondigd in een taal zonder woorden,

maar van sprankelend licht

voor de nieuwe dageraad.

De blinde muren openden zich

voor het kind in ons.

En duizenden sterren schitterden, 

als symbool van het leven

dat zich steeds weer herhaalt.



Auteur:

Hugo Verhaege