Skip to main content

Het gedicht

Hugo Verhaege

De lange weg


Waarom een glad geplaveide weg  wars van alle hindernissen

Geef mij dan maar de kronkelpaadjes,

Ik wil mij desnoods wel eens vergissen.

Misschien ontmoet ik achter een blinde hoek

een eenhoorn of een elfje of zoiets.

Misschien ben ik naar wat ik ooit verloren ben,

langs die lange harde kronkelweg op zoek.

Ik draag op mijn zelf gekozen pad

één rugzak volgestouwd met het verleden

en één met alles wat ik nog weg kan geven.

En als ik langs die weg die ik met nieuwe moed zal betreden.

De  weg die niemand mij is voorgegaan,

ooit achter een blinde bocht een eenhoorn of een elfje zal zien staan.

Dan weet ik dat, hoe ongerijmd dan ook,

sprookjes niet altijd verzinsels zijn en feeën echt wel hebben bestaan.

Want begrijp me goed ik heb er één ontmoet

en haar gevraagd de hele lange weg

met  mij zomaar blindelings  mee te gaan.



Auteur:

Hugo Verhaege